Zonder moeite niets
Kunstenaar | Hildo (Hildebrand Lucien) Krop (1884 - 1970) (Meer informatie) |
---|---|
Adres | Postjesweg 1 |
Wijk | De Baarsjes |
Plaatsingsdatum | 1923 |
Als je aan de Amsterdamse School denkt, dan denk je ook aan stadsbeeldhouwer Hildo Krop (1884-1970). Zijn werk uit de eerste helft van de 20ste eeuw is overal in stad te vinden. In de architectuur van de Amsterdamse School is beeldhouwkunst een elementair onderdeel. In veel gevels zijn ornamenten verwerkt van gebeeldhouwd natuursteen en die zijn dikwijls van Krops hand.
Dat is ook het geval bij het gebouw Het Sieraad van architect Jan Westerman. Tegenwoordig is het een kantoorcomplex en ROC vestiging, maar ooit huisvestte het de Vierde Ambachtsschool Ir. W. Maas Geesteranus. Toen de school gebouwd werd tussen 1919 en 1923, was Krop op het hoogtepunt van zijn carrière. Zijn beeldhouwwerk voor dit gebouw is bescheidener van omvang en minder gedetailleerd in vergelijking met bijvoorbeeld het Scheepvaarthuis aan de Prins Hendrikkade. Toch kan er aan de sculpturen veel afgelezen worden over de oorspronkelijke functie van Het Sieraad.
Krop liet zich voor de thematiek en motieven van zijn beeldhouwwerken leiden door de functie van het gebouw en de omgeving waar het lag. Zo zijn er aan de zijkant van het gebouw aan de kant van de Postjeskade vier consolefiguren te vinden, die twee ramen op de bovenste verdieping omlijsten. Deze vier beeldhouwwerken van mannen zijn personificaties van de vakken die hier onderwezen werden: scheepsbouw, elektriciteit, hout- en metaalbewerking. De twee sculpturen aan weerszijden van de hoofdingang spraken de voormalige studenten direct aan op hun werkethiek. Aan de ene kant is de gevel versierd met een vrouw, die geflankeerd wordt door plantmotieven, waarmee zij de natuur representeert. Aan de andere kant is een streng kijkende man te zien met aan zijn voeten een stoomtrein en een hijskraan, die symbool staan voor de industrie. Beiden houden ze hun lege handen omhoog. Bij deze twee sculpturen staat geschreven: ‘Zonder moeite niets.’ Dit was het devies van socialist Pieter Lodewijk Tak (1848- 1907) en het spoorde de leerlingen als ze de school betraden aan om hard te werken. Dit beeldenpaar maakt de politieke visie van de Amsterdamse School, die gericht was op de verheffing van arbeiders, zichtbaar.
De sculpturen die aan de andere zijden van het gebouw te vinden zijn, zijn een stuk speelser en lichtvoetiger. Hier zijn reliëfs te zien van Inuït, pinguïns en een ijsbeer. Ze verwijzen naar de Admiralenbuurt, waar de straatnamen zijn vernoemd naar zeerovers en wereldveroveraars. Dat Krop de nadruk legde op de Noord- en Zuidpool, kan te maken hebben met het feit dat er in deze periode een wedloop was om het midden van deze onherbergzame gebieden te bereiken of zelfs de hele pool te doorkruisen. Wellicht wilde Krop de leerlingen ook een beetje laten dromen van spannende avonturen.
In 1980 trok de Vierde Ambachtsschool uit het gebouw en kwam de Vakschool voor Edelsmeden en Uurwerktechniek ervoor in de plaats. Aan het begin van de 21ste eeuw werd deze school gesloten en werd tot restauratie van het gebouw overgegaan. Aan de laatste school heeft Het Sieraad haar naam te danken, maar het kan zeker ook beschouwd worden als één van de juwelen van de Amsterdamse School.
___Kunstroute De Baarsjes:4___
Als je aan de Amsterdamse School denkt, dan denk je ook aan stadsbeeldhouwer Hildo Krop (1884-1970) Hij is overal in de Amsterdamse School architectuur van de eerste helft van de 20ste eeuw te vinden. In deze architectuur is beeldhouwkunst een elementair onderdeel. Tussen de bakstenen in de gevels zijn allemaal ornamenten te vinden van gebeeldhouwd natuursteen en die zijn dikwijls van Krops hand.
Dat is ook het geval bij het gebouw Het Sieraad van architect Jan Westerman. Tegenwoordig is het een kantoorcomplex en ROC vestiging, maar ooit huisvestte het de Vierde Ambachtsschool Ir. W. Maas Geesteranus. Toen de school gebouwd werd tussen 1919 en 1923, was Krop op het hoogtepunt van zijn carrière. Zijn beeldhouwwerk voor dit gebouw is bescheidener van omvang en minder gedetailleerd in vergelijking met bijvoorbeeld het Scheepvaarthuis aan de Prins Hendrikkade. Toch kan er aan de sculpturen veel afgelezen worden over de oorspronkelijke functie van Het Sieraad.
Krop liet zich voor de thematiek en motieven van zijn beeldhouwwerken leiden door de functie van het gebouw en de omgeving waar het lag. Zo zijn er aan de zijkant van het gebouw aan de kant van de Postjeskade vier consolefiguren te vinden, die twee ramen op de bovenste verdieping omlijsten. Deze vier beeldhouwwerken van mannen zijn personificaties van de vakken die hier onderwezen werden: scheepsbouw, elektriciteit, hout- en metaalbewerking. De twee sculpturen aan weerszijden van de hoofdingang spraken de voormalige studenten direct aan op hun werkethiek. Aan de ene kant is de gevel versierd met een vrouw, die geflankeerd wordt door plantmotieven, waarmee zij de natuur representeert. Aan de andere kant is een streng kijkende man te zien met aan zijn voeten een stoomtrein en een hijskraan, die symbool staan voor de industrie. Beiden houden ze hun lege handen omhoog. Bij deze twee sculpturen staat geschreven: ‘Zonder moeite niets.’ Dit was het devies van socialist Pieter Lodewijk Tak (1848- 1907) en het spoorde de leerlingen als ze de school betraden aan om hard te werken. Dit beeldenpaar maakt de politieke visie van de Amsterdamse School, die gericht was op de verheffing van arbeiders, zichtbaar.
De sculpturen die aan de andere zijden van het gebouw te vinden zijn, zijn een stuk speelser en lichtvoetiger. Hier zijn reliëfs te zien van Inuït, pinguïns en een ijsbeer. Ze verwijzen naar de Admiralenbuurt, waar de straatnamen zijn vernoemd naar zeerovers en wereldveroveraars. Dat Krop de nadruk legde op de Noord- en Zuidpool, kan te maken hebben met het feit dat er in deze periode een wedloop was om het midden van deze onherbergzame gebieden te bereiken of zelfs de hele pool te doorkruisen. Wellicht wilde Krop de leerlingen ook een beetje laten dromen van spannende avonturen.
In 1980 trok de Vierde Ambachtsschool uit het gebouw en kwam de Vakschool voor Edelsmeden en Uurwerktechniek ervoor in de plaats. Aan het begin van de 21ste eeuw werd deze school gesloten en werd tot restauratie van het gebouw overgegaan. Aan de laatste school heeft Het Sieraad haar naam te danken, maar het kan zeker ook beschouwd worden als één van de juwelen van de Amsterdamse School.